Aangepast maart 2024.
Vanaf het begin van het kadaster tot 1910 was de adres aanduiding Oldeneel huis nr. 9.
Van 1910 tot 1930 was het adres Oldeneel B 151, en dan tot 1947 Oldeneel B 180.
Vanaf 1947 werd het adres Kleine Veerweg 25.
Volgens de Hottinger kaart uit 1787 zou er ook al een huis op de huidige plek van “IJsselzicht” gestaan hebben.
1832 – 1838 [Eigendom]
Huize “IJsselzicht” is in 1832 eigendom van de Weduwe van Cornelis Steenbergen, Anna Meiberg.
Anna Meiberg is reeds weduwe van Jan Willems van der Kolk, waarmee zij op 21-01-1787 in Wijhe trouwde. Jan Willems is na enkele maanden reeds overleden en begraven in Wijhe. Anna kreeg nog wel een zoon Jan van der Kolk, gedoopt op 16-05 1787.
Anna hertrouwt op 22-05-1788 met Derk Kamphuis die dan veerman is of wordt op het Kleine Veer, in de buurtschap Oldeneel.
Zodoende komt Anna Meiberg in Oldeneel terecht.
Derk koopt in 1801 van de erven Sloet de Herberg/Veerhuis en bijbehorende gronden.
Op 2 februari 1803 overlijdt Derk Kamphuis, echtgenote Anna, zoon Berend en pleegzoon Jan van der Kolk achterlatend.
Na het overlijden van Anna’s tweede echtgenoot, Derk Kamphuis trouwt Anna op 31 juli 1803 met Cornelis Steenbergen.
Deze Cornelis gaat als veerman de mensen overzetten en zijn vrouw Anna voorzag de gasten in de Herberg van een natje en een droogje.
Wanneer Cornelis en Anna in het bezit komen van het huidige Kleine Veerweg 25 is niet bekend.
Op 30-06-1816 overlijdt Cornelis Steenbergen op 45 jarige leeftijd.
Daardoor komen de bezittingen bij weduwe Anna terecht, dat bestaat in 1832 naast het Veerhuis met kadastrale nummers 304 en 305, ook het naastgelegen perceel Kleine Veerweg 25, met de nummers 329, 330 en 331. Zie kaart boven. Het adres is in die tijd Oldeneel huis nr. 9.
Nadat Cornelis is overleden komt Anna’s zoon Jan, uit haar eerste huwelijk, met zijn drie zonen in beeld om het Kleine Veer te gaan exploiteren.
Anna Meiberg verkoopt het woning/boerderij en een deel van de tuin/erf in 1838 aan Gerrit Jan Folkert. Anna overlijdt in november van 1838.
1838 – 1852 [Gebruik]
Het huis/boerderij wordt door Gerrit Jan Folkert tussen 1838 en 1852 verhuurd aan achtereenvolgend:
Jan van den Berg
Jan Rietberg
Naam niet te lezen
Hendrik de Bo(o)ne, is weduwnaar van Janna Jans en hij hertrouwt in 1836 met Geesje Wijtenhorst [1796 – 1854]. Hendrik staat tijdens zijn huwelijk te boek als Schutter.
Hoeveel jaren zij ieder huren is niet bekend.
1852 – 1882 [Eigendom]
In 1852 verkoopt Gerrit Jan Folkert huis nr. 9 aan de Steenfabrikant Gerrit Dwars, [1811 – 1882].
Gerrit Dwars is eigenaar van de steenfabriek “Reigershagen” op de Scheller en Oldeneler uiterwaarden.
Gerrit huwt op 01-04-1852 te Zwolle met Francoise Albertine Emerance Mollinger, [1827 – 1911].
Zij gaan wonen in de Herenboerderij “De Geldersche Boer” nu Kleine Veerweg 16. Zie kaart uit 1832.
Er werden 3 kinderen geboren, Gerrit Willem, Frans Rudolf en Willemina Alberta.
Het huis nr. 9 is of wordt in die tijd onbewoonbaar verklaart.
Er wordt dan door Gerrit Dwars in 1852, op de fundamenten van het oude huis een geheel nieuw
Herenhuis met paardenstal gebouwd. Kadastraal nr. 785.
Achter de stal was een grondwater put met pomp die heel schoon water gaf.
In de buurt waren pompen die vooral ijzerhoudend, dus bruin water gaven.
Voor de was gebruikte men regenwater wat opgevangen werd in een put.
Als het een tijd niet geregend had en het regen water op was, gingen de buren uit Oldeneel, water halen uit de put bij nr. 25, “IJsselzicht”, voor de was. Die put is nog aanwezig en is 4,50 m. diep.
In 1857 bracht men in huis een verbetering aan door over de gemetselde stenen vloer een planken vloer te leggen, vanwege optrekkende kou.
Timmerlieden J. B. van En?? en J. Stoel hebben hun namen en datum aan de onderzijde van een vloerplank geschreven.
De nummering wordt Oldeneel huis nr. 9 en 9A, met kadastrale nummers 1194 en 1195.
1852 – 1870 [gebruik]
In nr. 9 komen achtereenvolgend te wonen:
Weduwe J. A. van Dijk, – Klaas Bergman.
In nr. 9A komen achtereenvolgend te wonen:
Berend Dijkslag, – Cornelis Prins.
1870 – 1910 [gebruik]
In nr. 9 komen achtereenvolgend te wonen:
Cornelis Prins, – Berend Wagenvoort, – Frans Rudolf Dwars, – Derk Adrianus Assuerus van der Wedden. In nr. 9A komen achtereenvolgend te wonen:
Hermina Meijer [1847 – 1900], weduwe van Peter Nijland, [1805 – 1865] geb. te Zalk, was tot zijn overlijden de Herbergier van de Herberg “De Bierton”. Na het overlijden van Peter Nijland in 1865 werd zijn vrouw Hermina de eigenaar, tot zij in 1871 de Herberg “De Bierton” overdoet aan haar schoonzoon Hendrik Maten.
Hermina huurt dan nr. 9A., tot wanneer is niet bekend. Zij overlijdt in 1900 in
Spoolde.
Volgende bewoner is Heimen Ruis, mogelijk huurt hij tot 1876, aangezien het dan weer één woning wordt.
Heimen is boerenknecht en trouwt in 1871 met Everdina Prinsen.
In 1878 trouwt de zoon van Gerrit Dwars en Francoise A. E. Mollinger, Frans Rudolf in Hattem met Maria Hubertina Mos.
Zij gaan zeer waarschijnlijk op nr. 9 wonen. Frans Rudolf staat in die tijd nog een periode te boek als bewoner. Zijn beroep is in die periode Steen-fabrikant.
Nadat Gerrit Dwars in 1882 is overleden heeft Frans Rudolf Dwars het woongedeelte in 1883 gerenoveerd.
Er wordt onder het houten balken plafond van de verdiepingsvloer, een riet met gipsen plafond en ornamenten aangebracht. Er moest daarom opnieuw behangen worden. Kranten uit die tijd werden op het linnen van de wanden gespannen. Bij een latere verbouwing in 2008 van “IJsselzicht” kwamen die kranten weer tevoorschijn en werd duidelijk in welke tijd dit is gebeurd.
Ook wordt in 1883 een tuinkoepel/prieel gebouwd op de dijk achter in de tuin.
Zie kaart en foto’s hieronder.
In 1887 gaan Frans Rudolf Dwars en Maria Hubertina Mos scheiden, en Frans vertrekt naar Amsterdam.
Na het vertrek van Frans Rudolf komt de woning vrij en gaat Derk Adrianus Assuerus van der Wedden er wonen. Derk Adrianus trouwt in 1897 met Adriana Johanna de Jong.
Zijn moeder is Hendrika Berendina Dwars, een ver familielid van de familie van Frans Rudolf?
Derk Adrianus is bij zijn trouwen Adjunct – Commies. Het is niet bekend tot wanneer zij de bewoners zijn.
1912 – 1961
Na het overlijden van steen-fabrikant Gerrit Dwars, verkopen de erven Dwars van af 1890 geleidelijk aan hun bezittingen. Als de weduwe van Gerrit, Francoise A. E. Mollinger in 1911 is overleden, brengen de drie kinderen de woningen in veiling. Zo komen het huis “IJsselzicht”, in verhuurde staat en het “Grote Veerhuis” gedeeltelijk verhuurd, in 1912 in het bezit van Gerrit Logtenberg, [1875 – 1942] en zijn vrouw Tonia [Toos] Gerridina ter Molen, [1879 – 1937].
Koopprijzen: “IJsselzicht” 3155,- gulden en de het “Grote Veerhuis” 1655,- gulden.
Gerrit en Toos laten in dat zelfde jaar aan de Kleine Veerweg 5 een boerderij bouwen, waar ze ook gaan wonen. Zij komen vanuit de van Karnebeekstraat waar de oude “ter Molen boerderij” staat. Die is inmiddels verkocht aan de eerste groente en fruitveiling in Zwolle.
Het grote Veerhuis wordt in de jaren ’30 verkocht aan veerman Jan van der Kolk die in 1931 trouwt met Gerrigje Buisman.
Het huis “IJsselzicht” is verhuurd geweest tot 1961.
De huurders zijn achter één volgend:
Derk Hessel van der Wal tot 1926. Huur 250 gulden per jaar.
Klaas Stevens, [brieven besteller] tot mei 1929, betaalt 370 gulden per jaar.
Mevr. Johanna Lubberdina Gantvoort, [Collectrice] tot mei 1931, huurprijs 312 gulden per jaar.
Dhr. M. Meuldijk, [Kunstschilder] tot mei 1937, betaalt 520 gulden per jaar.
Vanaf 1937 tot 1961 huurt de fam. Werther “IJsselzicht”. De heer Werther is scheikundige.
In deze periode is er een gedeelte verhuurd [onderhuur?] aan de heer Hooijkaas en later aan de fam. Langeveld met 2 kinderen. De heer Hooijkaas gebruikt slechts 1 kamer en wenste geen gebruik te maken van het aanwezige sanitair, dus ging hij naar buiten?
Een deel van de paardenstal wordt verhuurd aan buurman en timmerman Gerrit [Gait] Treep.
Hoog water:
Het is één of meerdere keren gebeurd dat bij erg hoog water, het vee van de familie van Olst van de Schellerdijk 6 zolang onderdak vond in de ene helft van de paardenstal van “IJsselzicht”.
Perikelen met de tuin. Er is een grote tuin/akker bij IJsselzicht, die hoogstwaarschijnlijk door de huurders wordt gebruikt. De familie Werther heeft de tuin niet helemaal nodig en daarom mogen de overbuurjongens/mannen, Marinus en Johan van der Vegte de tuin gebruiken. Zij telen er groenten die in Zwolle verkocht worden. Buurman Gerrit [Gait] Treep heeft langs zijn tuin rietmatten waar de heren van der Vegte ook plezier aan hebben. Lekker warm, weinig last van de oosten en noorden wind, zij hebben daardoor al vroeg boontjes. Maar mevrouw Werther meent dat zij daar wel wat van aan haar werkster mee kan geven.
Dat wordt dus ruzie, zodoende heeft de verhuurder, de familie Logtenberg de tuin maar in eigen beheer genomen.
Gait Treep gebruikt dat deel van de stal wat zijn werkplaats is tot 1950. Dan bouwt hij een eigen werkschuur.
Daardoor is de stal op “IJsselzicht” overbodig geworden. De stal wordt afgebroken omdat de gebinten en de stenen, gebruikt kunnen worden voor de bouw van een stal voor een broer van de familie Logtenberg van de Kleine Veerweg 5.
Deze broer Jan heeft een boerderij aan de Lichtmis en wil uitbreiden.
Na het overlijden van Gerrit Logtenberg en zijn vrouw Toos blijft de boerderij aan de Kleine Veerweg 5 en “Huize IJsselzicht” tot 1955 in bezit van de erven Logtenberg.
1955 – 1969
Het eigendom van “IJsselzicht” komt in 1955 door boedelverdeling in handen van Arent Logtenberg en zijn zwager Derk van der Kolk, gehuwd met Dina Gesina [Sien of Sina] Logtenberg. Derk is de broer van de veerlieden Jan en Jurriën [Jurrie] van der Kolk. Zie Kleine Veerweg 27 en 31.
Na een verbouwing zijn Arent Logtenberg [1906 – 2000] en 2 zussen, Dien [1903 – 1986] en Catrien [1923 – 2004] en een zus van Derk van der Kolk, Hendrika [Riek] van der Kolk [1896 – 1969] in “IJsselzicht” gaan wonen. Voor Riek van der Kolk wordt een eigen woongedeelte gemaakt.
Riek houdt ter aanvulling op haar AOW, kippen, waarvan de eieren naar de fa. Zunnebeld gaan, die tevens het kippenvoer levert.
Arent Logtenberg en zijn zussen komen van de boerderij aan de Kleine Veerweg 5.
In de loop der jaren wordt er geregeld getimmerd en verbeterd. Er worden asbest houdende platen onder de dakpannen aangebracht om de stuifsneeuw tegen te gaan.
Tot dan toe wordt de overlast van stuifsneeuw beperkt door het asfaltpapier dat op de zolder boven de slaapkamers ligt. Wel moet je tijdig de sneeuw weghalen voor die begint te dooien.
Tevens wordt er voor Catrien Logtenberg geleidelijk aan een eigen woongedeelte op de 1e verdieping gemaakt. Catrien is haar laatste werkzame periode lerares aan de Industrie en Huishoudschool in Zwolle.
Arent houdt van fruit telen en tuinieren, daarom legt hij een laagstam-boomgaard aan, en gebruikt de overige grond als groente en bloemen tuin. Geen vierkante meter blijft onbezet. Arent is een ochtend mens waardoor buren hem al kort na zonsopgang in de tuin kunnen zien.
Tevens blijft hij melkcontroleur. Zie Kleine Veerweg 5.
Arent is ook een fanatieke schaatser, ook in een vroeg stadium de sterkte van het ijs uitproberen was zijn ding.
In 1969 komt Riek van der Kolk te overlijden.
Derk en Sien van der Kolk, behouden het gedeelte waar de zus van Derk, Riek heeft gewoond.
De zonen van Derk en Sien, Bertus en Gerrit, hebben dat gedeelte van “Huize IJsselzicht” van 1969 tot 2007 gebruikt als vakantie woning.
Nog een persoonlijke terugblik op de periode “IJsselzicht” door de broers van der Kolk.
Het was een wijs besluit van Sien en Derk [Oma en Opa] van der Kolk, om na het overlijden van tante Riek van der Kolk, haar woongedeelte aan te houden als vakantiehuis voor de (klein-)kinderen. Die woonden in Waddinxveen en Rotterdam en hadden zo de gelegenheid om regelmatig in Zwolle van de mooie omgeving te genieten. En dat hebben we ook gedaan; de IJssel, de Veluwe, Salland, de Kop van Overijssel en Zwolle zelf. En natuurlijk de hartelijke ontvangst door de lieve familie, de tantes en de ooms. Maar het was ook een wijs besluit omdat de (klein-)kinderen altijd naar Zwolle konden komen om Oma en Opa te bezoeken zonder de last van uitgebreide logeerpartijen. Na het overlijden van Oma werd het gebruik steeds minder en het onderhoud steeds meer. Daarom was het voor ons niet zo’n ramp, dat Cisca en Marinus het geheel wilden overnemen. Maar wel met enige weemoed, want we hebben heel fijne herinneringen aan “IJsselzicht”.
1971 – 2007
In 1971 gaan Egbert [Eppe] Dijk en zijn vrouw Hendrika [Riek] Logtenberg met dochter Todien vanaf de Kleine Veerweg 5 ook in “IJsselzicht” wonen, weer samen met broer Arent en zus Catrien. Voor Todien dus oom en tante. Zus Dien is intussen verhuisd naar een verzorgingstehuis.
Eppe, Riek en Todien maken plaats voor hun zoon en broer Marinus, die in 1971 trouwt met Cisca Anthonisse en op de boerderij aan Kleine Veerweg 5 gaan wonen.
Zo wordt het nog meer een familie huis van de familie Logtenberg waar menigeen gastvrij wordt ontvangen.
Voor Todien is “IJsselzicht” haar uitvalsbasis voor stage periodes en werk.
Zij heeft haar domicilie op “IJsselzicht” tot haar huwelijk in 1977 met Kees Hietberg.
Eppe gaat nog dagelijks naar de boerderij en neemt tevens wat werkzaamheden, van de groentetuin, van Arent over en Riek gaat een gedeelte van de bloementuin doen.
In 2000 komt Arent Logtenberg op 93 jarige leeftijd te overlijden.
In 2004 en 2005 komen ook Eppe, Catrien en Riek te overlijden.
De vier erfgenamen komen tot het besluit het huis voorlopig aan te houden. Kinderen van Marinus en Cisca gaan er wonen als anti kraak.
In 2007 wordt besloten door de familie om afstand te doen van “IJsselzicht”.
Marinus en Cisca hebben wel interesse om het huis over te nemen.
Zij zijn in 1979 door verkoop van de boerderij aan de Kleine Veerweg 5 vertrokken naar een boerderij in de regio Hoogeveen.
Inmiddels is die boerderij verkocht en zien zij wel iets in het project “ IJsselzicht”.
En zo geschiedt, wel met de wetenschap dat er veel zal moeten gebeuren.
2007 – 2020
Marinus en Cisca besluiten, gezien de ruimte in het huis er een twee onder één kap woning van te maken.
Dan kan er samen gewoond worden met dochter Marjoleine en haar partner Thijs Kwakernaak.
Door de splitsing van de woning wordt het huisnummer 25 A toegevoegd.
Om het huis zo ongeveer te vernieuwen heeft de vergunningverlening nog wel enige voeten in de aarde.
Maar uiteindelijk is dat toch voor elkaar gekomen en kan er in 2008 begonnen worden met de verbouwing.
In Juli 2007 zijn Marinus en Cisca ook naar “IJsselzicht” gekomen.
Om tijdens de bouw in de buurt te blijven wonen, wordt er besloten, 2 woonwagens in de boomgaard te plaatsen.
Dat lukt allemaal en vanaf april 2008 tot december is er behoorlijk verbouwd.
Het ornamenten plafond en de marmeren schouw zijn in de woning terug gebracht.
Door Thijs en Marinus worden tijdens de bouw veel hand en span diensten verricht.
De uiteindelijke bewoning wordt eind januari 2009.
In de jaren daarna zijn erf, tuin en terrassen in eigen beheer veranderd en aangepast.
Bron: Collectie Overijssel, fam. van der Kolk, fam. Dijk – Logtenberg, fam. Dijk – Anthonisse. Samensteller: M. Dijk.