Kleine Veerweg 33

Het adres is tot 1910 Oldeneel 5 en tot 1947 Oldeneel 187 en daarna nr. 33.

Situatie 2020.
De Hottinger kaart uit 1787, waar reeds bebouwing te zien is, op nu 33 & 35.
Kadastrale kaart uit 1832, perceel 301 is dan nog 1 woning.

1832 – 1888

Op de Hottinger kaart uit 1787 is dus al te zien dat er bebouwing is. Mogelijk is de “katerstede” [keuter boerderij] gesticht vanwege de bouw of al in werking zijn van de Steenfabriek “Reigershagen” van de familie Dwars.
Ook was het in die tijd gebruikelijk om in de nabijheid van een “Heren Boerderij” in dit geval “De Geldersche Boer” een klein boerderijtje te bouwen voor het personeel.

De grondeigenaar, steenfabrikant Gerrit Willem Dwars [1776 – 1838] is in 1832 eigenaar van het dijkhuis, boerderijtje, waarschijnlijk voor personeel van de “Geldersche Boer” of de steenfabriek, die op de uiterwaarden staat.
Hij woont in die periode met zijn vrouw Willemina Wijtenhorst in de boerderij “De Geldersche Boer”.
In die tijd wordt het dijkhuis [boerderijtje] verhuurt aan Jan Meiberg.
Het is goed denkbaar dat hij in dienst is bij Gerrit Willem Dwars, of diens zoon en erfgenaam Gerrit Dwars [1811- 1882].

De periode van 1850 tot 1860 wordt er op enig moment in kleine woning bijgebouwd of binnen het bestaande gebouw gerealiseerd, Oldeneel 5 & 5A, de noordelijke hoek van het gebouw, zie tekening.
De stal liep van nr. 5 liep achter de woning van 5A langs.

Tussen 1850 en 1890 wordt nr. 5 verhuurd aan:
Na Jan Meiberg komt Weduwe Schutte, dan Jan Schutte, Berend Wagenvoort, H. Ruis ?, nog een keer Berend Wagenvoort of Hagenvoort en dan Roelof van Olst.

Vanaf 1860 is Oldeneel 5 A verhuurd aan:
Hendrik Veneman, Johannes Martinus Hulzebos.

In 1883 na het overlijden van Gerrit Dwars in 1882 worden zijn bezittingen binnen de familie verdeeld.
Zijn zoon Frans Rudolf Dwars [1857 – 1931] krijgt de nodige onroerende goederen waaronder Kleine Veerweg 33 & 35.
Hij staat bij het Kadaster te boek als industrieel, maar er wordt ook aangegeven dat hij Stalhouder is.
In 1887 verkoopt Frans Rudolf weer de nodige onroerende goederen, dit houdt mogelijk verband met zijn scheiding van Maria Hubertina Mos. Frans Rudolf vertrekt naar Amsterdam alwaar hij nog twee maal in het huwelijk zal treden.
Zijn bezittingen gaan naar zijn moeder Francoise Albertine Emerance Mollinger [1827 – 1911].

In 1888 worden twee kadastrale percelen verenigd. Mogelijk perceel 301 en 809, dat wordt dan 1654.

1892 – 1981

Trouwakte en gegevens geboorte kinderen.

De familie Dwars brengt in 1892 veel van haar eigendommen op een veiling.
Koper van Kleine Veerweg 33 en 35 is de huurder Roelof van Olst [1862 – 1939].
Roelof is de hoogste bieder en verwerft het boerderijtje met 2 woongedeelten voor 1.405 gulden.
Hij kan voor het voldoen van dat bedrag, 1.000 gulden via hypothecaire lening krijgen van de verkoopster mevrouw Francoise Albertine Emerance Mollinger. De rente over de lening bedraagt 4,5 %.
De ouders van Roelof zijn, Gerrit van Olst en Willemina Ester, zij huurden een boerderij aan de Schellerdijk 6, van de familie Greven van Huize Schellerberg.
Roelof is geboren aan de Schellerdijk 6.
Hij huwt in 1887 met Gerritje Sebilla Goldbach [1866 – 1934], er werden 8 kinderen geboren.
Roelof wordt bij het kadaster aangeduid als landbouwer.
Roelof en Gerritje wonen in nr. 5 het latere 33, en wie de huurders zijn van de woning 5A het latere 35 is tot 1935 niet bekend.

Links Roelof en Gerritje Sebilla, rechts zoon Albert en vader Roelof van Olst.
Links de voorkant van nr. 33 in oude staat rechts de achterkant waarbij de stal achter nr. 35 langs loopt. Zie tekening.

In 1933 verkoopt Roelof het perceel aan zijn 2e zoon Albertus [Albert] die nog samen met zijn ongehuwde zussen Willemina [Mina] en Johanna Hendrika [Anna] thuis wonen.
Albert was ook landbouwer, maar zou ook als barbier in de buurt wat bijverdiend hebben.
De andere kinderen zijn getrouwd en naar elders vertrokken.
Het is zeer aannemelijk dat Albert, Willemina en Johanna hun ouders verzorgd hebben tot hun overlijden.
Moeder Gerritje Sebilla overlijdt in 1934 en vader Roelof in 1939.
Broer en zussen waren een opvallende verschijning. De zussen werden ook wel “De Tortelduifjes” genoemd.
Albert zat keurig met rechte rug op de fiets, daarom werd hij in de buurt ook wel steile Appie genoemd.
Mina werkte als huishoudster in Olst en kwam zo nu en dan thuis. Als zij niet gehaald of gebracht kon worden door familie, kwam zij per trein naar Zwolle en werd opgehaald door broer en zus, allebei op de fiets. De terugweg maar ook naar het station toe werd dan om beurten fietsend en lopend afgelegd.

3 zussen en 2 broers van Olst,
v.l.n.r.: Willemina [Mina], Johanna [Anna], Gerrigje [Gerrie], Johannes [Johan], Albertus [Albert]
.

In 1972 is er een her meting vanwege de overgang enige jaren eerder van Zwollekerspel naar Zwolle.
Perceel nr. 1654 wordt Zwolle K nummer 141.

In 1979 gaat het eigendom naar Albertus zijn zussen, Willemina [Mina]en Johanna Hendrika [Anna].

Een winters landschap met het Dijkhuis in vroegere staat.

De woning nr. 35 is altijd verhuurd geweest, meestal binnen de familie van Olst.
Huurders tot aan verkoop in 1981:
Van 1935 tot 1938 huren Wiechert en Floortje van Tongeren de dijkwoning, daarna huren zij Schellerdijk 8.
Roelof en Lien van Olst,
J. A. Uitzetter de woning.
Een Kunstschilder naam onbekend.
Alie en Rinus van der Bend.
Gerrit en Riekie Horst, 1967 – 1976.
Willemina [Mina] van Olst, heeft er waarschijnlijk na haar pensioennering kort gewoond.
Henk en Ria Schottert, 1976 tot hun koop in 1981.

1981 – 2021

In 1981 worden de beide dijkwoningen apart verkocht.
Nummer 35, Zwolle K 422 gaat naar Hendrikus [Henk] Schottert, gehuwd met Ria Middelkamp.
Nr. 33 wordt gekocht door Gerrit [Gait] van Olst en Betsy van Olst – Katgert. Zij gaan er nog niet wonen.
Gait is arbeider bij de familie Luchtenbelt aan de Oldeneelweg 1.
Hij woont met Betsy in een woning van de familie Luchtenbelt, Oldeneelweg 5.
In 1983 verkopen Gait en Betsy van Olst Katgert de dijkwoning aan hun neef Christiaan [Chris] van Olst en zijn partner Gerridina [Dinie] Bosscher.
Chris komt uit Wapenveld en Dinie uit Lierderholthuis.
Chris en Dinie gaan eerst verbouwen, ook al omdat de woning en voormalig boerderijtje er nog zeer gedateerd en eenvoudig uitziet. Het stalgedeelte behoort inmiddels wel bij nr. 35.
Eind 1983 kan de woning betrokken worden.

En er wordt nog een keer aangebouwd.

Geleidelijk aan komt er nog wat schuurruimte bij en wordt het erf en tuin verfraaid en nog wat bij gebouwd.
Chris en Dinie wonen er in 2021 nog met veel plezier.

In een Dijkhuis krijgt men wel eens water bij de deur. De oorspronkelijke voorkant zoals die er begin 1800 ook ongeveer uit gezien zal hebben. Situatie 2020.

Bron: Historisch Centrum Overijssel, fam. Chr. van Olst – Bosscher, fam. H. Schottert – Middelkamp, fam. G. Horst – van Olst. Samensteller: M. Dijk.